Homepage  Prozawedstrijd  Prozawedstrijd 2004  Claus Bollaert  Beoordeling BSN

Beoordeling Man of the Match - Claus Bollaert door BSN

Over de kunst van het verhalen schrijven hoeven we niet al te moeilijk te doen: als interessante personages met elkaar iets interessants beleven, en als dat effectief wordt opgeschreven, dan hebben we een goed verhaal.

Robert Lonsdale en Richard O’Brien zijn boeiende figuren en hun duel is meeslepend, met bovendien een verrassende afronding. Daar komt bij dat de titel intrigerend is, want daardoor worden de verwachtingen van de lezer gestuurd: die lezer vraagt zich af of notaris Farley wel echt de ‘man of the match’ zal worden. Als de notaris zich als Puffy heeft ontpopt, krijgt de titel nog een extra betekenis helemaal in orde.

Geen kritiek op de inhoud deze redacteur heeft zich uitstekend vermaakt, tot en met de (voor Lonsdale) pesterige slotzin.

‘Effectief opgeschreven?’ Voor een deel zeker: de auteur voert de spanning heel goed op, door het eerst over de plannen van Rose te hebben (wekt verwachtingen) en door dan uitgebreid de interactie tussen de dame en de notaris op te zetten. De reacties van beide figuren is geloofwaardig en geen enkele passage is te lang. Het is natuurlijk heel geraffineerd als we, na de ‘coming out’ van Lonsdale, tegen de rug van Farley aankijken die het, afgaande op de geluiden die hij maakt, heel moeilijk schijnt te hebben. Perfect gedaan, als inleiding van een meesterlijke ontknoping.

Maar ik zou Claus ter overweging willen geven om een ander vertelperspectief te kiezen. In de eerste alinea wordt de lezer vertrouwelijk toegesproken door een verteller die het over ‘ons dorp’ heeft en die daarmee de toon zet: een alwetende oom gaat het hebben over personages en voorvallen, waardoor de lezer op afstand wordt gezet en de inhoud onschuldig wordt gemaakt. Het verhaal heeft nu de status van een gekke anekdote gekregen.

Ook als Rose geïntroduceerd is, blijft de vertel-oom (de ‘auctoriale verteller’) voortdurend aanwezig met observaties die buiten het perspectief van Rose vallen. Haar uiterlijk wordt beschreven, er wordt geregistreerd wat ze niet kan horen (binnensmonds de kapsones met haar dure drankjes verwensend), en een deel van de interactie met Farley wordt vervangen door een beoordeling van haar optreden: Ze gooit al haar vrouwelijke vaardigheden in de strijd... speelt haar rol met verve...stijlvol en charmant. Daar kan de lezer zich niet direct iets bij voorstellen. Af en toe, willekeurig lijkt het wel, verschuift het perspectief naar Farley: die laat zich ‘met hart en ziel’ inpalmen, die is op een gegeven moment teleurgesteld, die kijkt de taxi na en die wacht op Rose (blz 4), waarna gemeld wordt dat de ambiance Rose wel aanspreekt. Het achteloos wisselen van perspectief heeft onvermijdelijk het gevolg dat de lezer zich in geen van beide personages helemaal verplaatst, en dat die lezer dus ook niet zo betrokken is bij hun ervaringen.

Een schrijver kan kiezen voor de auctoriale vertelling, als hij een gezellige anekdote kwijt wil over iets geks dat zich in ‘ons dorp’ heeft afgespeeld. Hetzelfde gegeven komt intenser over als hij meer ‘personaal’ schrijft, d.w.z. vanuit het personage Rose-Lonsdale, zonder vrolijke introductie, of afwisselend vanuit Rose die Farley taxeert en vanuit Farley die de uiterlijke bevalligheden van Rose op zich laat inwerken. De Rose-passages zouden dan duidelijk gescheiden moeten zijn van de Farley-stukjes. Van een goede anekdote gaat de tekst dan over naar een indringend literair verhaal. Ik denk dat Claus Bollaert dat verhaal zou kunnen schrijven.


Maart 2004, Hans ter Mors

Beoordeling Man of the Match - Claus Bollaert door BSN

Homepage  Prozawedstrijd  Prozawedstrijd 2004  Claus Bollaert  Beoordeling BSN