Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2003  Johan Poel

Huis - Johan Poel

1

'Tweehonderddertigduizend francs, frais d'agence inclus.' De stem van de makelaar verried geen enkele emotie. Peter rekende snel terug. Nog geen 80.000 gulden. Hij keek zijn vrouw aan en voelde haar hand harder in de zijne knijpen.
'Hoeveel geld moet ik dan nog voor verbouwingen reserveren?' vroeg Peter wantrouwend.
'Niets. U kunt er zo in. C'est habitable de suite, Monsieur.'
Yvette keek Peter verbaasd aan. 'Er zit ergens een addertje onder het gras,' fluisterde ze, 'maar waar?' Peter haalde zijn schouders op.
'Wie heeft hier gewoond?' vervolgde hij.
'Een of andere schrijver, maar hij was er bijna nooit.' De makelaar keek zuchtend op zijn horloge.
Peter keek door het getraliede hek langs de twee zwembaden naar de buitenkeuken op het overdekte terras. De rode Provençaalse dakpannen staken fel af tegen de strakblauwe lucht.
Peter beheerste de Franse taal goed maar wilde de vraagprijs toch nog een keer horen.
'Deux cent trente mille francs, Monsieur,' herhaalde de makelaar. 'Denkt u er rustig over na. Ik heb over een half uur een andere afspraak. U heeft mijn kaartje. Wanneer u nog vragen heeft of wanneer u de binnenkant wilt bezichtigen, kunt u mij altijd bellen.' Hij draaide zich om en liep naar zijn oude Citron. Zonder om te kijken stapte hij in en reed het terrein af.

'Hier klopt iets niet,' begon Yvette toen de makelaar uit zicht was verdwenen. 'Er is niemand die een villa met twee zwembaden verkoopt voor nog geen tachtigduizend gulden. Ik vertrouw het voor geen cent. Ik weet niet precies wat het is, maar dit zaakje stinkt. Het zou me niets verbazen wanneer die vent een oplichter is.' Peter viste het visitekaartje uit zijn zak. Jean Moulin, Agence Immobilière ORPI'. Bij tweede lezing zag het kaartje er misschien niet erg professioneel uit.
'Jean Moulin. Jan Molen,' snoefde Yvette. 'Ook zo'n nietszeggende naam.' Peter pakte zijn mobiele telefoon en toetste het telefoonnummer in dat op het kaartje stond. 'We weten het zo,' zei hij, terwijl de telefoon overging.
'Agence Immobilière ORPI, bonjour,' klonk een vriendelijke vrouwenstem. Peter groette terug en vroeg of hij Jean Moulin kon spreken.
'Het spijt mij, Monsieur,' antwoordde de vriendelijke stem, 'Monsieur Moulin is niet op kantoor. Hij heeft vanmiddag nog drie afspraken. Ik verwacht hem vanmiddag niet meer terug. Kan ik misschien een boodschap aannemen? In erg dringende gevallen kan ik hem ook mobiel bereiken.'
'Dus Jean Moulin werkt op uw kantoor?' Peter hoorde zelf hoe onbenullig zijn vraag klonk, maar de vrouw liet niets merken. 'Ja zeker, Monsieur Moulin is al veertien jaar directeur van dit kantoor.'
Peter mompelde een dankjewel, zei dat hij het later nog eens zou proberen, en verbrak de verbinding.
'Het klopt wel,' zei hij tegen zijn vrouw. 'Die Moulin werkt daar inderdaad. Sterker nog, hij runt het kantoor daar.' Stilzwijgend zaten ze samen op het stenen muurtje voor zich uit te kijken.
'Dan spookt het er,' verbrak Yvette de stilte, 'en wil niemand er dus wonen. Hoe lang staat het al te koop?' Peter moest het antwoord hierop schuldig blijven.
'Ik ga het bij de buren vragen,' riep Yvette. Zonder een reactie af te wachten sprong ze van het muurtje en liep het pad af naar de weg. Peter protesteerde maar had geen beter voorstel. Bij de weg aangekomen, bleven ze beiden staan, op zoek naar het dichtstbijzijnde huis. Dat bleek een auberge, ongeveer driehonderd meter bergafwaarts.

De hele cliëntèle bestond uit één bejaarde Fransman, die vanuit de hoek de bezoekers wantrouwend observeerde. Hun groet liet hij onbeantwoord. Peter wendde zich tot de dame achter de bar en bestelde voor Yvette een café au lait en voor zichzelf een pastis. De vrouw bracht de bestelling en Peter trok de stoute schoenen aan.
'Dat huis hier schuin aan de overkant, dat staat te koop hè?' vroeg hij quasi onwetend.
'Ja al een hele tijd.'
'Weet u ook hoe lang al?' De vrouw schudde haar hoofd. 'Wij hebben deze auberge nu bijna drie jaar en het stond al te koop toen wij hier introkken.'
'Zie je wel dat het niet pluis is,' siste Yvette. Peter negeerde de opmerking en richtte zich weer tot de vrouw. 'Weet u dan misschien wie er gewoond heeft?'
'Ze zeggen een schrijver, maar meer weet ik er ook niet van.' Yvette schudde haar hoofd. 'Bijna vier jaar te koop voor zo'n prijs, Peter, gebruik je verstand! Dit kan niet kloppen.' Peter bedankte de dame voor de informatie en liet wat extra geld achter op het schoteltje.

'Ik heb hem wel eens gezien.' Peter en Yvette draaiden zich om. De bejaarde Fransman keek hen over zijn glas aan. 'Nooit zelf gesproken, dat niet. Maar gezien heb ik hem wel eens.'
'Kunt u ons iets meer vertellen? Bijvoorbeeld waarom hij wegging?' Peter was zichtbaar opgewonden.
'Hij ging dood,' zei de Fransman nuchter, 'Ze zeggen dat volgens het testament het huis verkocht moest worden. Niet dat we er veel van merkten, dat hij er niet meer woont, want hij sprak nooit met iemand. Het was een buitenlander, een Nederlander of een Engelsman, ik weet het niet precies. Maar hij kwam dus nooit ergens. Ik kom hier nu al dertien jaar elke dag en ik had hem nooit hier binnen gezien. Ja, wel eens voorbij zien lopen. Een vreemde man. U moet maar eens in het dorp vragen. Volgens de verhalen zou hij met ogen experimenteren. Maar het fijne weet ik er niet van.'

Peter stelde zich de villa voor en vroeg zich af in welke kamer dit soort experimenten plaats hadden gevonden. Hij keek opzij in de verschrikte ogen van Yvette.
'Ik wil hier weg,' fluisterde ze. Zonder af te wachten stond ze op en liep naar de deur. Peter bedankte de Fransman en snelde achter zijn vrouw aan.
'Voor geen goud!' schreeuwde ze. 'Al kreeg ik het voor niets. Al had het tien zwembaden, ik moet het niet meer. Ik zei je toch dat het hele zaakje stinkt. Misschien zijn er zelfs wel mensen omgekomen in die rotvilla van jou.' Peter draaide zich om naar de dame achter de bar. 'We hebben net besloten te blijven. Heeft u voor ons een kamer voor een nacht?' Yvette keek hem vernietigend aan.

'Wanneer je er niets meer van merkt, wat maakt het dan uit wie er heeft gewoond en wat hij er heeft uitgespookt,' opperde Peter. Yvette bleef hem vertwijfeld aankijken. 'En toch blijf ik het een eng idee vinden. Stel je voor dat we een oog vinden. En waarschijnlijk denken andere mensen precies zo. Normaal staat zo'n huis nooit zo lang te koop. En zeker niet voor zo'n prijs.'
'Laten we dan tenminste één keer binnen gaan kijken,' stelde Peter ten einde raad voor. 'Wanneer je er daarna nog steeds zo over denkt, dan zien we van de koop af'. Yvette zuchtte. 'Oké, 'bel die makelaar dan maar voor een tweede bezichtiging'. Maar het vooruitzicht nog een keer naar het huis te moeten, sprak haar duidelijk niet aan.

 

2

Jean Moulin kwam precies op het afgesproken tijdstip het pad oprijden. Ongewoon nauwkeurig op tijd. Zeker voor een Fransman uit het zuiden. Met een grote grijns stapte hij uit zijn Citron en met breed uitgestoken armen liep hij op Peter en Yvette af.
'Waarom grijnst hij zo?' vroeg Yvette zachtjes aan Peter. Peter gaf haar een por en beantwoordde de uitgestoken hand van de makelaar. Moulin haalde een sleutelbos te voorschijn en opende het hek. 'Zo, daar gaan we dan.' Hij liep om het huis heen het terras op. 'Loopt u mee?' Alles zag er keurig verzorgd uit. Het was moeilijk voor te stellen dat dit huis al meer dan drie jaar onbewoond was. Yvette trok Peter aan zijn arm.
'Waarom lopen we om, en gaan we niet naar binnen via de voordeur, waar we net voor stonden?' Peter haalde zijn schouders op en volgde zonder wat te zeggen de makelaar.
'Hier heeft u het grote zwembad, en hier om de hoek het kleinere. Links op het terras vindt u de buitenbarbecue. De tuin is voorzien van een automatische sproei-installatie en alle buitenverlichting staat op tijdschakelaars. Zullen we even binnen kijken?' Yvette had het gevoel dat de man haar iets langer dan nodig aankeek. Zonder het antwoord af te wachten haalde Moulin de sleutelbos weer te voorschijn en opende de terrasdeuren naar de salle de séjour, de woonkamer van vierenvijftig vierkante meter volgens de brochure. Terwijl Peter en Yvette de imposante woonkamer doorliepen, volgde Moulin op discrete afstand. Via een deur met glas in lood ramen kwamen ze in een hal die leidde naar de voordeur. Aan de linkerhand was een brede marmeren trap naar boven. Rechts tegenover de trap bevonden zich twee deuren. Peter liep op de eerste deur af en opende hem. Yvette keek op veilige afstand toe. Het bleek een rommelhok, met een oude houten trapleer, drie lege plastic emmers en wat lege mineraalwaterflessen. Peter deed de deur weer dicht en glimlachte geruststellend naar Yvette.
De tweede deur bleek op slot. Het gezicht van Yvette betrok. Peter wenkte Moulin en vroeg wat er achter die deur te vinden was.
'Ik zou het u niet durven zeggen, Monsieur. Zolang dit huis te koop staat, is deze deur niet open geweest.'
'Heeft u de sleutel van de deur?' vroeg Peter door, wetend dat Yvette geen genoegen zou nemen met een dichte kast. 'Ik zag u net met een hele bos sleutels.' Moulin haalde de sleutelbos te voorschijn en hield hem omhoog.
'Eens kijken, deze sleutel is van het hek aan de voorkant. Deze hier van de voordeur. Deze lange is van de garage, deze van de openslaande deuren naar het terras. Dit kleine sleuteltje is van de motormaaier in de schuur. Deze van de schuur zelf. Ja, en deze weet ik inderdaad niet. Moulin bleef met een sleutel omhoog staan. Die zou best wel eens van deze deur kunnen zijn.' Hij liep op de deur af en stak de sleutel in het slot. Peter keek gespannen toe hoe Moulin de sleutel omdraaide. Yvette hield haar adem in toen ze hoorde hoe de sleutel in het slot meegaf.
'Nou, we hebben geluk,' zei Moulin luchtig. 'Eens kijken wat we hier hebben.' Met een grote zwaai opende hij de deur. Een koude wind sloeg hen om de oren. Moulin klikte het licht aan. Een houten trap leidde naar beneden. Peter en Yvette bleven in de gang terwijl Moulin langzaam alleen de trap afliep.

'Godallemachtig,' steunde Moulin verbaasd, 'moet je in vredesnaam eens hier komen kijken.' Hij floot tussen zijn tanden. Yvette keek Peter aan. 'Ogen!' siste ze, terwijl de kleur uit haar gezicht wegtrok.
'Komt u toch eens kijken. Dit krijg je niet vaak meer te zien in je leven. Zo'n enorme collectie prachtige wijnen. Moet je kijken. Ik schat zeker een zes à zevenhonderd flessen. Oh, en kijk hier. Een paar flessen Saint-Emilion 1976. Zeker niet de minste. Wat zal ik zeggen. Veertienhonderd franc per fles? En alles perfect op temperatuur!'
Peter keek Yvette aan en schoot proestend in de lach. 'Een wijnkelder! Jij met je op hol geslagen fantasie!' Hoor je wat Moulin zegt? Voor duizenden guldens superieure wijnen. Nou, de slijter hier in het dorp ziet ons voorlopig niet.'
'Wat de prijs alleen maar ng verdachter maakt,' onderbrak Yvette hem. 'Wanneer hier zo'n zevenhonderd flessen liggen voor, zeg gemiddeld honderd gulden per fles, dan ligt hier dus voor een slordige zeventigduizend gulden aan wijn. Dat is bijna de vraagprijs van het huis!'
Haar kritiek ging aan Peter voorbij. Zijn ogen schitterden. 'Het zal me een zorg zijn wie hier gewoond heeft en wat hier is gebeurd. Voor mijn part hebben er Duitsers ingezeten in de oorlog Het is een schitterend huis voor bijna geen geld. We soppen de boel lekker uit en klaar is Kees.'
'Ik koop nog liever een vervallen boerderij dan dat ik ooit hier intrek.'
'Yvette, je bent onredelijk. Ik vind dat we het moeten doen.'
'Dan doe je het maar alleen!'
'Prima, dan doe ik het alleen. Wedden dat je met hangende pootjes terugkomt, wanneer blijkt dat er niets aan de hand is?'
'Wedden van niet? Trouwens, je had beloofd dat we van de koop af zouden zien wanneer ik het niet zou zien zitten. Nou, ik zie het niet zitten!'
'Ja. En nu heb ik me bedacht. Bekijk het maar Yvette, ik ben je gezeur meer dan zat.' Peter draaide zich naar Moulin die nog steeds een discrete afstand bewaarde, maar ongetwijfeld hun geruzie moest hebben gehoord. Hij liep op Moulin af en schudde hem de hand. 'Ik doe het!'
'Prima, wanneer mevrouw en meneer dan even met me meerijden naar kantoor, dan kunnen we daar de eerste formaliteiten afhandelen.'
'Mevrouw gaat niet mee. Zij gaat terug naar huis.' Moulin fronste zijn wenkbrauwen en zei even niets.
'Gefeliciteerd met uw aankoop', zei hij na een tijdje. Rijdt u achter me aan?'

 

3

Peter zat in de riante fauteuil naast de open haard. Naast hem op de grond lag de stapel papieren die hij bij de overdracht had ontvangen. Een zachtgele envelop, iets kleiner dan A4, trok zijn aandacht. Peter kon zich niet herinneren dat hij deze bij het passeren van de akte had gezien. Nieuwsgierig trok hij de envelop uit de stapel. De envelop bleek verzegeld met een rode lak met daarin de initialen RD.
Op de voorkant stond in sierlijk handschrift 'to the new owner of my villa'. Peter verbrak het zegel en haalde een dubbelgevouwen papier uit de envelop. Hij vouwde het open. Voor hem lag een korte brief, geschreven in hetzelfde sierlijke handschrift als op de envelop:

Geachte nieuwe eigenaar of eigenaresse,

Wanneer u dit leest, betekent dit, dat het zegel van deze brief is verbroken, en u nu de rechtmatige eigenaar bent van de villa. Gefeliciteerd.

Zelf ben ik, wanneer u dit leest, reeds overleden, zodat ons contact zich zal beperken tot deze brief. 

Via mijn testament heb ik geregeld dat de villa direct na mijn overlijden in de verkoop gebracht zal worden voor een vaststaand bedrag van 230.000 FF.

Om redenen zoals hierboven aangegeven, weet ik niet hoeveel tijd er is verstreken tussen mijn overlijden en het moment van uw aankoop.

Geloof me, ik had heel graag over uw schouder, en die van al uw voorgangers die het huis niet kochten, mee willen kijken, om getuige te zijn van uw gerede twijfels, uw argumenten voor maar in het bijzonder uw argumenten tegen. Oneindig groot was ook mijn nieuwsgierigheid naar uw ongetwijfeld hardnekkige zoektocht naar verborgen gebreken. Ik kan u geruststellen: die zijn er niet.

Mogelijk heeft de aankoop zelfs geleid tot conflicten tussen u en uw partner. Immers een villa voor dit bedrag is heel ongeloofwaardig. Het zij zo. Vergeeft u mij de vele voorpret die de verkoop mij bij mijn leven heeft gebracht. Het zou een verhaal waardig zijn geweest.

Ik wens u heel veel woonplezier.

Met vriendelijke groet,

Roald Dahl


Peter pakte de telefoon.
'Yvette? Moet je horen!'

Huis © Johan Poel

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2003  Johan Poel