Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2002  Maantje Maneschijn

Poëzie - Maantje Maneschijn

.. En toen vroegen ze Hem
Waarom, mijn God, waarom?
God schudde zuchtend het hoofd
Dacht: "Wat zijn ze dom"

Eeuwen geleden heb ik de aarde geschapen
Ik maakte planten, dieren en mensen
Ik heb hun alle vrijheid gegeven
Ze mochten handelen naar eigen wensen

Maar Eva plukte de verboden appel
Kaïn sloeg zijn broer Abel dood
Jakob bedroog zijn vader Isaak
Ook de misdaad op Jozef was groot

Salome wilde het hoofd van
Johannes de Doper
De mensen wilden de toren van Babel bouwen
Ze hebben Jezus Christus doodgemaakt

Ze konden niet langer op elkaar vertrouwen
De mens voert ook nú nog voortdurend oorlog
Voor de natuur heeft hij niet langer ontzag
Men leeft alleen nog voor z'n éigen welzijn

Blijkbaar denkt men dat echt álles mag
Voor moord en verkrachting, draaien mensen hun hand niet meer om
Ze doen niets liever dan hun naasten bedriegen
Ze denken:" het doel heiligt de middelen"

Ze schamen zich niet om hun geliefden wat voor te liegen
Maar als hún dan een keertje, onrecht wordt aangedaan
Dán bidden ze wel en smeken mij om hulp
Sorry mensen, maar God heeft er genoeg van

Ik kruip voorlopig niet meer uit m'n schulp
Ook een Gód kan soms wat rust gebruiken
Ik trek m'n handen voorlopig van de wereld af
Ik heb al millennia láng zwaar werk geleverd

Want ik begeleid mensen van bij de geboorte tot in het graf
Mijn mooie droom is aan diggelen geslagen
Als ik naar mijn aardbolletje kijk, word ik echt niet goed
Wat een púinhoop is ervan gemaakt

Snáppen ze dan echt niet hoe het moet?!
Misschien zijn er nog wel mensen met goede bedoelingen
Voor hen kom ik eventueel nog ooit terug
Ik zal dan toch eerst moeten merken dat ze in groten getale bestaan

Dat is dan voor mij een steuntje in de rug
Maar dit is jullie allerlaatste kans
Na mijn millenniumdutje zal ik jullie evalueren
Hopelijk zién jullie dan het antwoord op de vraag 'waarom'
Maar jullie moeten echt nog hééééél veel leren..

 


duivelse dans

de zwarte nacht
kolkt en bruist
 danst wervelend in het rond

geen wals of polka
 geen rustgevende slow
een duivelse dans

 steeds sneller en heftiger
draait hij in't rond

sleept alles mee
in zijn duisternis
ontwortelt de laatste stronken
weg standvastigheid
 slokt alles op
tot slechts duisternis nog rest

oppervlakkigheid treedt in
om de bergen te ontwijken
van gevoel
zo zwart

 en slechts als de ogen
wijd opengesperdworden
sterft de opzwepende muziek uit
om over te gaan
in een treurige klaagzang
die niet verdreven wordt
bij het verdwijnen van de nacht

 

 

 

Heel wat mensen kijken over het kleine geluk heen,
terwijl ze met grote, bazige ogen naar het grote zitten uit te kijken..

Poëzie © Maantje Maneschijn

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2002  Maantje Maneschijn