Nadat ik de fel rood gekleurde toegangsdeur had geopend stond ik oog in oog met de eigenaar van Prevent, een beveiligingsbedrijf. Zijn lengte deed mij noodgedwongen omhoogkijken. "Goedemiddag, u bent van het lokale sufferdje!", zo constateerde hij met zware stem, alsof het op mijn voorhoofd stond te lezen. 'Dat klopt", zei ik en stak hem mijn hand toe die geheel verdween in zijn amicale kolenschoppen. "Wouters is de naam". Wouters ging mij voor naar het achterliggend kantoor. Het was ruim twee weken na de ramp in Volendam. Achter het ruime essenhouten bureau zat een jongeman. "Dit is onze kwaliteitsmanager Sander". Een knulletje gehuld in coltrui waarvan de rolkraag tot aan zijn gladde kin reikte, gaf mij nu ook een hand, aanmerkelijk kleiner. Een moment later ontdekte ik het hoopje hond achter de voeten van formaat van Wouters, die mijn blik volgde. "Dit is onze Franse buldog", zei de eigenaar terwijl hij naar het harige dertig centimeter hoge gedrochtje wees. Een plat geslagen smoelwerk met twee uitpuilende oogjes dat zo'n nietszeggende blik produceerde staarde mij aan. Er ontsnapte een zacht geknor vanonder de zwaar geplooide lippen. "Haar naam is…..", Wouters schoof er een stoel bij en ik dacht: ,,maak me gek, het heet vast Fikkie. "….haar naam is Maggy", zijn lange lijf nestelde zich met grote souplesse in een riante bureaustoel. Uit mijn schoudertas haalde ik papier en schrijfgerei. De kwaliteitsmanager vertrok voor het halen van koffie. Ik vuurde mijn eerste vraag op Wouters af. "Veel opdrachten na de ramp?". "We worden gek gebeld, de hele dag staat de telefoon roodgloeiend. Iedereen wil zijn zaakjes opeens in orde hebben. Maar dat is altijd na een ramp. Als het kalf verdronken is….., nou ja, je weet het wel." Hij serveerde een kop automatenkoffie in een porseleinen kop en schotel. De kwaliteitsmanager nam zijn plaats achter het bureau weer in en werkte verder op de computer. Van onder de tafel klonk opnieuw een zacht geknor. Ik schreef het citaat van Wouters op en nam een slok van mijn koffie. Een onmogelijke geur drong plots mijn neusgaten binnen. Wouters: ,,Ons beveiligingsbedrijf heeft een jarenlange ervaring en expertise opgebouwd op het terrein van advisering, installatie en service met betrekking tot brandbeveiliging." De lucht was inmiddels niet meer te harden. Ik pende stevig door terwijl de expert nietsvermoedend verder babbelde. ,,Dat geldt voor zowel bedrijven als particulieren en kwaliteit staat daarbij….", plotseling was het stil en zag ik de gestoffeerde bovenlip onder Wouters persoonlijke reukmelder, licht trillen. Wouters vervolgde, duidelijk geïrriteerd en met stemverheffing: "Sjeetje is dat Maggy, sjeetje …". Zijn blik vloog van de kwaliteitsmanager naar mij en weer terug. Enigszins hulpeloos begon de directeur aan zijn plaatsvervangende verontschuldiging met: "Tja, een Franse buldog…". Maggy hees, enigszins vermoeid na haar daad, haar logge corpulente lijfje overeind en liet zich door haar baas op schoot tillen. Een hopeloos tongetje, dat geheel in harmonie was met de rest van het bouwvallig hondje hing onnozel uit een verstopte opening onder de gerimpelde lippen. "Oké", zei Wouters, die zich zichtbaar had hersteld en zijn pleidooi vervolgde met: "…er zijn drie belangrijke zaken bij brandbeveiliging. De eerste prioriteit ligt bij het waarschuwingssysteem. Daarna komen de blusmiddelen en branddekens en in grotere panden dient ook een vluchtwegaanduiding te zijn. Natuurlijk kun je ook rookmelders in bouwmarkten gaan kopen maar veiligheidsproducten verdienen een professioneel advies, toch Noëh, dat zeg ik toch goed". De kwaliteitsmanager knikte goedkeurend en nam het gesprek over terwijl ik de laatste klonten van de automatenkoffie nog eens probeerde weg te roeren. "Ons leveringsprogramma omvat onder andere de levering en het onderhoud van brandblusapparaten, slanghaspels, droge blusleidingen, brandmeld- en ontruimingssystemen..". Plots onderbrak Wouters het relaas van zijn medewerker. "Sjeetje Maggy, niet weer hé..". Een verwijtend blik naar de kwaliteitsmanager: "Heb je d'r wel uitgelaten, volgens mij heb je haar niet uitgelaten." Noëh verschoof ongemakkelijk op zijn bureaustoel en verdedigde zich. "Jawel, ik ben met Margareth naar buiten geweest". Onschuldig bestudeerde ik met gemaakte aandacht de poster van de film Backdraft die één van de wanden van het kantoor sierde en hield onopgemerkt de adem in nu ook het twijfelachtig aroma onontkoombaar mijn territorium was binnen gedrongen. De Franse buldog verblikte noch verbloosde en stuurde onophoudelijk haar loze nietszeggende blik de ruimte in. Wouters wapperde met de Ionisatiefolder, de kwaliteitsmanager besloot zich weer te weiden aan de computer. Wouters ging verder: "Ook de nazorg heeft bij ons grote aandacht". Even dacht ik dat hij het over de consequenties van mijn bezoek aan dit bedrijf had totdat hij verder orakelde. "Want brandpreventie betekent meer dan alleen de aanschaf van blusmateriaal. Het behoeft geen betoog dat dit materiaal te allen tijde in goede staat dient te zijn". Maggy's winderigheid nam bepaald niet af en nogmaals waagde ze het de uitlatingen van haar baas met die van haarzelf te onderstrepen. "Ze is verrot van binnen…..", concludeerde Wouters eindelijk terwijl de buldog haar kop voor het eerst met iets van interesse oprichtte. Op het gezicht van Noëh verscheen een genoegzame trek. Het rimpelig gedrocht werd op de grond gekwakt en nu het scheikundig dilemma van Margaret zo duidelijk onder woorden was gebracht vloog ook de Ionisatie folder over het bureau. "Voeg er nog maar aan toe dat we voor noodgevallen vierentwintig uur bereikbaar zijn", meldde Wouters om een commerciële punt achter het op handen zijnde artikel te krijgen.
Thuis gekomen hing ik mijn colbertje op een hangertje, buiten….. in de vorst. Daarna stelde ik een verzoek ter schrift ter attentie van mijn eindredacteur waarin ik vroeg om vuilwerk toeslag.
|