Het was niet dat ze een slordig mens was, maar Greta stak gewoon graag haar stopnaald in haar trui wanneer ze hem even niet nodig had. Dat deed ze om hem niet kwijt te raken. Maar in de praktijk was het een onhandige poging, want kwijt was ze haar stopnaald vaak toch. Haar zus had haar al eens gewaarschuwd ‘het wordt je dood nog eens; als je opeens voorover valt dan steekt ie recht door je hart’. Maar Greta reageerde daar nuchter op ‘dan ben ik mooi in het harnas gestorven’ en stak hem onverstoorbaar terug in haar trui. Het was nu zo’n twee jaar geleden dat Greta opnieuw had leren handwerken. En trouwens ook dat ze Barend had leren kennen. Gek, hoe soms goede dingen in tweetallen naar je toe kunnen komen. In je schoot kunnen vallen eigenlijk, want dat was wat er was gebeurd. En nu ze er zo over nadacht was het allemaal begonnen met een stopnaald. ‘Kunt u mij vertellen waar ik de fourniturenwinkel De Jong kan vinden?’ Greta stapte af op een passerende man van middelbare leeftijd met een nogal merkwaardig okergeel jagershoedje op. ‘Zeker, die vind u naast het Italiaanse koffiehuis, verderop in deze straat. Aan de rechterkant ervan om precies te zijn’ De man zei het vriendelijk en keurig, een echte heer. Greta registreerde dat hij haar kalm opnam en wat nadenkend naar haar stond te kijken. ‘Dank u wel’ zei ze beleefd en als ze zelf zo’n jagershoedje op had gehad, had ze die zeker even opgetild voor ze verder liep, zo ouderwets en welopgevoed was ze wel. Maar nu knikte ze alleen maar even en gedurende een tel flitste het door haar heen dat de man een prettige indruk op haar maakte. Alsof ze hem kende. Ze haastte zich verder en even verderop vond ze de fourniturenzaak. ‘Een kaartje stopnaalden en een haaknaald maat 3,5 graag.’ Greta gaf haar ogen de kost in de winkel vol handwerkspullen terwijl de verkoopster de spullen in een zakje stopte. ‘Ik heb net een haakcursus gevolgd en alle kennis van vroeger is…” ze trok haar schouders even op, “zo hup weer boven komen drijven. Vanmiddag wil ik beginnen met het haken van een sprei.’ ‘Zo, dat is een prestigieus project’ antwoordde de verkoopster ‘dat heb je niet één, twee, drie af’. ‘Nee maar dat is juist de bedoeling, ik wil lekker veel bezig zijn en ach, ik slaap in een eenpersoonsbed, dus zo groot word hij nou ook niet’. Opgewekt wandelde Greta de winkel uit, blij dat ze nu alle spulletjes in huis had om aan haar sprei te beginnen. In haar neusgaten rook ze een zweem van sterke koffie en ze draaide zich om naar het Italiaanse koffiehuis. Daar ga ik mezelf eens fijn trakteren, op een latte macchiato wel te verstaan, dacht ze, lekker modern. Ze stapte het knusse koffiehuis binnen en zag meteen dat de man met het okergele jagershoedje er een krant zat te lezen. Voor hem stond een cappuccino. Maar wat was dat nou, daar voor hem op tafel? Uit nieuwsgierigheid zette ze een klein stapje in de richting van zijn tafel en probeerde te zien wat het was. Huh, het was een pakje stopnaalden. Nou ja, ook toevallig. Precies op dat moment sloeg de man een bladzijde van zijn krant om en keek even op. Recht in haar gezicht. Ze had meteen spijt van haar nieuwsgierigheid. Zij ook altijd. ‘Heeft u de winkel gevonden? ‘ vroeg de heer geamuseerd. ‘Ja, ja zeker’ stamelde ze. ‘Heeft u dan zin om met mij een kopje koffie te drinken om dat feit te vieren?’ vroeg hij terwijl hij zijn krant opvouwde. Ze was gaan zitten, ze hadden samen koffie gedronken en hadden uren zitten praten. En eigenlijk waren ze daar sindsdien niet meer mee opgehouden. Inmiddels was Greta al twee jaar bezig met haar sprei, want ja een sprei voor een twee persoonsbed heb je niet zo één, twee, drie af. En nu was ze dus bezig de laatste draadjes met behulp van haar stopnaald weg te werken. ‘Hij is werkelijk prachtig geworden Greta, zuchtte haar zus terwijl die haar ogen over de sprei liet gaan. ‘Maar één ding is me nooit duidelijk geworden. Waarom had Barend nou een pakje stopnaalden op het tafeltje liggen, destijds in het koffiehuis?’ Greta keek glimlachend op van het handwerk op haar schoot. ‘Dat malle hoedje van hem, dat ken je vast wel? Daar was de veer vanaf gevallen. Net voordat ik hem aansprak was hij naalden gaan halen bij de fourniturenwinkel. En terwijl hij die zaak uitliep had hij in zichzelf verzucht: ontmoette ik maar eens een handige en lieve vrouw, want ik moet nog zien dat ik die veer er aangezet krijg. Greta stak de stopnaald in haar trui, vouwde met voldoening de sprei op en legde hem op de armleuning van de bank. De sprei was dan wel af, maar haar leven met Barend stond op het punt om te beginnen. Morgen was de bruiloft en dan kwam Barend bij haar inwonen. Want zo ouderwets en welopgevoed was ze wel.
|