Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2002  Nicole Derycker

Vakantie - Nicole Derycker

Ik was al aan mijn derde cocktail en nog had ik geen aanstalten gemaakt de vrouw aan het tafeltje verderop te versieren. Ze had nochtans het perfecte profiel: middelbaar, een verbitterd trekje om de mond en - bevreemdend contrast - een hoopvolle blik in de ogen. Toch als ze mijn richting uitkeek. Een makkie.
Op dat moment ging de deur van het etablissement open en wervelde ze naar binnen: helemaal niet middelbaar, gulzige trek om haar mond, uitdagende blik in haar ogen. Ze scande de aanwezigen en nam plaats op de barkruk naast mijn tafeltje. Ik keek haar aan, sprak de zin uit die ik al in gedachten had voor de vrouw met de hoopvolle blik en hees me op de barkruk naast haar. Ik wist dat het fout was, helemaal fout, maar ik kon het niet laten. Bovendien, dacht ik plots opstandig, verdien ik een beetje vakantie, ik ben ook maar een mens.

Dat ik hier pas was komen wonen, dat ik hier nog niemand kende.
Een introductie die perspectieven bood en het was nog waar ook. Rond vijven was ik in het gemeubelde huurappartement getrokken dat een tijdlang mijn uitvalsbasis zou zijn. De twee valiezen met mijn kleren en toiletgerief waren snel uitgepakt. Ik had een kleinigheidje gegeten in een Italiaans eethuis en was na een korte avondwandeling in deze bar terecht gekomen.
Dat vertelde ik haar. En dat ik Thomas heette.
‘Lydia,’ knikte ze met een gracieuze neiging van het hoofd. En dan: Waar ik vandaan kwam? Waarom in deze stad? Slechts twee valiezen? Voor hoelang dan maar misschien?
Even dook een gewettigd wantrouwen de kop op. Nieuwsgierige mensen zijn meestal nogal intelligent en intelligentie is een kwaliteit die ik niet erg op prijs stel in de vrouwen die ik benader. Maar de spontane gretigheid waarmee ze haar vragen op me afvuurde, amuseerde me. Bovendien: dit was vakantie en ik was vrij te bepalen hoe lang die zou duren. In elk geval tot morgenochtend, besliste ik.
Dat ik schrijver was, antwoordde ik, dat verandering van omgeving mijn creativiteit stimuleerde.Elke nieuwe verblijfplaats werd het kader voor nieuwe plot. Ik bleef net zolang tot het manuscript af was.
En hoe lang was dat dan gemiddeld? Welk soort boeken schreef ik? Hadden ze succes?
Tijd om de aandacht af te leiden. Ik mompelde wat over historische romans, variërende incubatieperioden en trouwe lezers en bracht het gesprek op haar.
Mannequin. Modebladen, shows, af en toe een filmrol.
De perfecte tegenspeelster: ik een bescheiden schrijver, zij een flamboyante vrouw van de wereld. Ik begon er hoe langer hoe meer plezier in te krijgen. Geen gevaar voor een voortslepende affaire. Ik kende dit soort vrouwen. Ze fladderen als kleurige nachtvlinders op recepties en feestjes, strijken af en toe eens neer in een chique gelegenheid als deze en vermaken zich met alles wat een beetje allure heeft. En dat heb ik, al zeg ik het zelf. Ik wist dat ik deze nacht niet alleen zou slapen, fantaseerde hoe haar slaapkamerinterieur eruit zag. Om het toch nog een beetje spannend te maken, wedde ik met mezelf dat ik haar mijn smalle huurbed in zou krijgen. Het lukte.
De volgende morgen trok ze zonder douchen haar vuurrode satijnen jurk over haar hoofd, streek met de vingers door haar lange, soepele, zwarte haren, greep ze samen in een wrong en klaar was ze. Geen tijd om te ontbijten maar als ik er vanavond zin in had… Ze kende een uitstekend Japans restaurant, als we daar eens afspraken? Ik twijfelde. Ze interpreteerde mijn aarzeling op uiterst charmante wijze: ‘Ik trakteer,’ zei ze. Ik protesteerde even voor de vorm, nam toen met gepaste dankbaarheid de uitnodiging aan. Luisterde naar het klikken van haar hakken op de kale trap, hoorde de voordeur dichtslaan. De rest van de dag bracht ik door met wachten op de avond.

Het restaurant lag in een rijke buurt, een heel eind van mijn nieuwe woonst vandaan. Het kostte me bijna een uur om er met het openbaar vervoer te geraken. Het was exclusief en duur. Ik had mijn beste pak aangetrokken en nog voelde ik me een buitenbeentje, zij echter straalde een natuurlijke chic uit die alvast de mannen om ons heen leek te bevallen. Ze deed of ze dat niet merkte en richtte haar aandacht gedurende heel de maaltijd uitsluitend op mij. Na afloop verwijderde ik me even naar het toilet zodat ze de rekening kon betalen zonder mij in verlegenheid te brengen. Terwijl ik de deurkruk greep, zag ik haar de ober wenken. Het liep gesmeerd.
Of ze me naar huis kon brengen, vroeg ze toen we buitenkwamen en wees mij haar Porsche-Targa aan. Weer twijfelde ik. ‘Je huurappartement doet me denken aan mijn ouderlijk huis,’ zei ze, ‘wees lief en zeg ja.’
Een topmodel van bescheiden afkomst, het cliché vertederde me. Ik zei ja.

Het werd een gewoonte. Iedere morgen vertrok ze zonder te ontbijten naar een van haar vele besognes. Iedere avond betaalde ze een vijfgangen menu in een exclusief restaurant en daarna brachten we de nacht op mijn huurappartement door.
Ik genoot. Normaal gezien was ik het die een tijdlang een vrouw onderhield. Normaal gezien was het een oudere, bemiddelde vrouw, het soort vrouw dat eraan wanhoopt ooit nog eens een man te kunnen strikken. Het soort vrouw dat er haar fortuin voor over heeft om mijn echtgenote te worden.
Ik besefte maar al te goed dat ik er niet in zou slagen Lydia’s bezittingen in te palmen, maar dat verlangde ik ook niet. Dit was vakantie en het zou duren zolang ik haar kon blijven amuseren met mijn onderdanige bewondering en mijn seksuele talenten. Het duurde nu al twee weken en wat mij betreft mocht het nog wel even zo doorgaan.

De avond dat ze niet kwam opdagen in het Japanse restaurant waar we voor de vijfde keer afgesproken hadden, was ik niet direct gealarmeerd. Een uit de hand gelopen fotosessie allicht. Ik bestelde alvast een glas champagne en wachtte een half uurtje vooraleer haar op te bellen. Of ik een boodschap wou inspreken, vroeg een onbekende vrouwenstem. Ik belde het modehuis waar ze werkte. Lydia Kosandi? Die naam zei hen niets. Mijn minutieuze beschrijving van haar toch opmerkelijk voorkomen veroorzaakte geen zweem van herkenning. Ik wenkte de zaaloverste en meldde hem dat mevrouw verhinderd was. Hij knikte begrijpend. Of ik mevrouw dan maar van hem wilde groeten, vroeg hij minzaam, en hij wenste ons beiden een goede terugreis. Met moeite verborg ik mijn verbazing. Had mevrouw hem dan gewaarschuwd dat we weldra zouden vertrekken? Jazeker, het was immers de afspraak dat mevrouw zoals ieder jaar . . . Hij negeerde geschokt het bankbriefje dat ik hem toestak, vroeg me even geduld te hebben, verdween door de dienstdeur en kwam terug met een viertal rekeningen, kunstig gevouwen tussen de vleugels van een origami eend. Op elk van hen mijn naam en adres, onderaan een onduidelijke krabbel.
Dat ik mijn bankkaart niet bij had, zei ik, dom van me. Misschien kon hij de champagne ook even noteren, binnen een uurtje kwam ik afrekenen, tot straks. Jawel, dank u, het was een uitstekende vakantie geweest.

Vakantie © Nicole Derycker

Homepage  Schrijversweb  Schrijversweb 2002  Nicole Derycker