Sinds een jaar of twee heb ik me, met een voor mijn doen ongekende passie en volharding op de jazzguitaar gestort.. Alle standards, waar ik voor het eerst mee in aanraking kwam tijdens het beluisteren van het legendarische radioprogramma Muziek Mozaïek, wilde ik in eigen interpretatie leren spelen. Binnen de kringen waar ik toen verkeerde was het 35 jaar geleden natuurlijk absoluut 'not done' om zondagsochtends op Duys af te stemmen. Dat kon alleen als je die zonde met een laffe glimlach om de lippen als 'Camp' verdedigde.. Maar ik vond het gewoon vaak lekkere muziek, beetje middle of the road; the Swingle Singers ( dabedaa dada bedabbedabbedabbeda..) Astrud Gilberto, ( this is just a little Samba..de de dedededede.) de zoetgevooisde klanken van Rogier van Otterloo en iedere uitzending wel één keer de geniale mondharmonica van zijn 'grote kleine Belgische vriend' Jean Toots Tielemans.. Het kwam allemaal weer boven toen ik vanwege een gelukkige speling van het lot ineens heel veel, zo niet alle tijd van de wereld had. Gitaar had ik al vanaf een jaar of 14 gespeeld, maar eigenlijk nooit veel verder gekomen dan een accoord of 5, precies genoeg om 'Verdronken Vlinder, Meneer de President', de luisterliedjes van Jaap Fischer en wat eigen werk te kunnen spelen. Daar waren de meisjes gek op en daar ging het tenslotte om. Maar nu was het ineens anders. Ik had nu al heel lang een meisje en het drong tot me door dat als het ooit nog iets moest worden met mij ,dat 'tt dan NU moest gebeuren.
Twee tot drie uur per dag martelde ik mijn vingers op de stalen snaren van mijn Epiphone Sheraton en stukje bij beetje kwam met het eelt op mijn vingertoppen de lenigheid in mijn handen terug. Bovendien begon het ook nog eens ergens op te lijken. Ja, natuurlijk vergeleken met wonderbaarlijke spel van mijn idool Joe Pass, bleef het taartjes bakken in de zandbak, maar ik besloot me daardoor niet te laten ontmoedigen.. Dagen luisteren en proberen en daar kwam: 'My funny Valentine' tot leven.. en pure ontroering bij het vinden van de eerste akkoorden van 'All the things You are.'Zo bouwde ik gestaag aan een repertoire van een half uurtje en durfde de volume knop van de versterker telkens ietsje verder open te draaien, zonder bij elk mislukt nootje het gevoel te hebben dat de wereld verging. Maar ja, geen publiek. De meisjes van vroeger hadden nu vast en zeker al kleinkinderen en daarbij komt dat mevrouw Trawant in die dingen niet gemakkelijk is. Mijn kinderen had ik al genoeg geteisterd, die begonnen het ouderlijk huis te mijden omdat ik ze na binnenkomst steevast op de bank pinde met de mededeling; 'Zitten -Luisteren -Concert..!' Nu zult u zeggen de ware artiest is zichzelf genoeg. Natuurlijk, muziek is een esthetisch genoegen en het innerlijk beleven daarvan hoort voldoende beloning te zijn. Maar ja, in mij huist ook de applausjunk. Zoals met alles liggen hier ook weer vroege jeugdervaringen aan ten grondslag, toen ik tussen de schuifdeuren veel succes oogstte met mijn Dorus imitaties. Stokoude, licht dementerende tantes vragen mij bij schaarse ontmoetingen nog steeds om een 'encore' van het lied : 'Er zaten twee motten in mijn oude jas' en tot mijn schande moet ik bekennen dat ik zelfs op zulke momenten de beroerdste niet ben. Ik heb dan ook serieus overwogen om op Koninginnedag mijn kunsten buiten te vertonen. Maar om als weliswaar kalende- maar toch nog jeugdige- senior nou op straat te gaan staan pingelen tussen al die schattige blonde paardenstaartjes met hun cello's en dwarsfluiten. Dat lokt al snel ongewenste aandacht en misprijzend gemompel uit.. En een bord voor de deur dan, met : Hedenmiddag 14.00 uur Boterbloemstraat 18 , Trawant in Concert..! Komt allen..? Ook geen optie, voor je het weet zit je huis vol met mensen zonder vaste woon of verblijfplaats, iedereen moet koffie en mevrouw Trawant is niet het type dat met dienbladen vol verversingen de rijen langs gaat.
Maar vorige week had ik een lumineus idee. Ik moest weer eens nieuwe snaren hebben. Dus op naar die enorme muziekwinkel aan de rand van de stad. Een paradijs met openzoemende deuren, ruim, licht en verleidelijk.Met obsceen glimmende drumstellen, toetsen te kust en te keur en schetterend koperwerk.. Ik liep rechtstreeks naar de gigantische gitaarafdeling. De meeste exemplaren mag je daar op je gemak uitproberen. In de buurt van de infobalie ramde een oude rocker het intro van 'Roll over Beethoven'door de zaak. Dat deed hij wel zes keer achter elkaar toen was zijn repertoire gelukkig op. Ik zocht een instrument uit, nam plaats op een krukje en speelde de solo van 'She's funny that way', die ik na weken oefenen eindelijk onder de knie had gekregen. De gitaarman van de winkel kwam belangstellend naast me staan.. 'Klinkt goed, speelt u allang..? 'n Jaar of twee', zei ik zo nonchalant mogelijk.. Ik wees op een Gretch, de Rolls Royce onder de jazzguitaren, waarop een bordje hing 'Niet bespelen zonder toestemming van het personeel' 'Zou ik die..' 'Natuurlijk.. en wat voor versterker heeft u ? Ik noemde merk en vermogen. Hij hield zijn gezicht in de plooi, maar het was duidelijk dat de verkoper een schaterlach nauwelijks kon onderdrukken. 'Zal ik u dan maar eens écht aansluiten? BINGO..! Ik hoorde erbij, dit deed ie natuurlijk niet bij iedereen.. Toen ik de laatste klanken van mijn beste nummers weg had laten vibreren, stonden er enkele klanten belangstellend toe te kijken en ik kan me vergissen maar ergens verderop uit de winkel klonk aarzelend ritmisch handgeklap, hoewel het uit de richting van de drumafdeling kwam.. Ik verliet de winkel, een mythe was geboren. 'Zag je die man, wie was dat? Vervuld van mijn eerste optreden startte ik de auto,.. zonder nieuwe snaren. Ik trok op, want om na een open doekje nogmaals voor de gordijnen te komen terwijl de zaal al leegloopt, een gitarist moet z'n hand niet overspelen.
|