Homepage Prozawedstrijd Prozawedstrijd 2006 Ineke van der Aa Beoordeling BSN Beoordeling Zonder gaat niet - Ineke van der Aa door BSN |
|||||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||||
Voor een redacteur aan wie een schoolmeesterlijke rol is toebedeeld, is het altijd lastig als hij met een verhaal zit dat gewoon ‘goed’ is. De auteur wist precies wat ze deed en nergens is er iets verkeerd gegaan. Heel fijn, maar ik zou de clientčle teleurstellen met de mededeling dat ik me als lezer uitstekend vermaakt heb, dat ik me geďntrigeerd door de regels spoedde en dat ik het jammer vond dat er niet meer kwam. En toch is dat de volle waarheid. Als waarachtige schoolmeester valt me op dat het proza een beetje Vlaams getoonzet is, met labo, werd ik me gewaar van en met Wanneer mijn gesnik langzaam wegebde, waar men boven Eindhoven Toen mijn gesnik ... zou noteren, maar dat kan geen kwaliteitsoordeel genoemd worden. In technische zin is dit een perfect verhaal. Wat goed is, lijkt zo vanzelfsprekend. Het beste stuk is de alinea die begint met Haar stem weergalmde ... omdat de ik-verteller ons hier in zijn bizarre situatie inleidt zonder tot droge, informatieve uitleg te vervallen. Zijn overwegingen worden opgeroepen door de concrete waarneming: de vrouwelijke dokter tegenover hem, het kopje met de bruine druppels. Dat is heel effectief – deze ik is sterk ‘belevend’ en dus niet afstandelijk ‘vertellend’. Het proza heeft een enorme lading, want er staat veel meer dan er staat. Hoe vreemd het verhaal van Graham ook is, de lezer wil de dialoog en wat zich daarna voltrekt, blijven volgen. Een verhaal als dit doen me denken aan het werk van Herman Pieter de Boer, de copywriter die lange tijd veel succes heeft gehad met zijn bundels zeer korte verhalen, waarin de zaak steevast plezierig absurd uit de hand liep. Er is wel een verschil: de lezer van HPdB voelde zich meestal een beetje ongemakkelijk, omdat de beschreven (wan)toestand heel veel te maken had met des lezers eigen realiteit, met de onhebbelijkheden en geneigdheden van de mensen-van-nu. Door bepaalde facetten van ons gedrag sterk uit te vergroten, werd de lezer aan het lachen gemaakt maar ook in zijn blote kont gezet en dat effect heeft Zonder gaat niet toch niet, maar mijn gevoel. Er zit heel weinig Graham in mij en in mijn buurman enzovoort, want de geheel in zijn wetenschap verzopen geleerde is een 19e-eeuws stereotype (Frankenstein, kapitein Nemo) en niet meer een figuur die nog een rol speelt in de samenleving, ook niet meer aan de universiteiten. Alleen in kinderboeken en in strips mocht professor Zonnebloem nog wel eens zijn jas op de stoel vlijen en zichzelf aan de kapstok hangen etc, in de literatuur en in onze beeldvorming is de rol van dit type uitgespeeld. Niet alleen die van ‘de verstrooide professor’ , die we nergens meer tegenkomen, maar ook de rol van de man wiens uitvinding of gedachtenspinsel zich tegen hem keert. In de laboratoria werken tegenwoordigs teams aan ‘onderzoekprogramma’s’, met heel weinig speelruimte voor de geniale gek. De manager is nu de baas – en die zou best eens de hoofdpersoon mogen zijn van een tragische komedie. Anders gezegd: deze Graham is gek op een manier die we niet in ons zelf kunnen herkennen en daardoor is zijn gekte een wat steriele constructie, met als enige functie het verhaal op gang te houden. Meer kritiek kan ik niet bedenken: dit vaardig geschreven verhaal is Spielerei, het gaat eigenlijk nergens over. Inhoudelijk zou de plot wellicht indringender zijn geworden als Graham er per ongeluk in geslaagd was zijn eigen geheugen te wissen met zijn formules, maar dat kan ik uit de gang van zaken niet afleiden. Tja. En toch is dit een leuk verhaal.
Maart 2006, Hans ter Mors |
|||||||||||||||||||||||||||||||
Beoordeling Zonder gaat niet - Ineke van der Aa door BSN Homepage Prozawedstrijd Prozawedstrijd 2006 Ineke van der Aa Beoordeling BSN |