Homepage  Prozawedstrijd  Prozawedstrijd 2005  Sandra Israël  Beoordeling BSN

Beoordeling Gered - Sandra Israël door BSN

In mijn reactie op het vorige winnende verhaal van Sandra Israel (Dood tij, april 2005) stelde ik dat ‘er een wereld openging’ in twee bladzijden. Er zijn ongetwijfeld vele lezers die vinden dat dat ook van Gered gezegd kan worden, want ook dit is een kort verhaal waarin naar een complete familietragedie verwezen wordt en dat heel suggestief eindigt. Deze keer is mijn eigen oordeel wat zuiniger: ik zie die verwijzing wel, ik kan de auteur niet op een echte Fout betrappen, maar ik beleef er niet zoveel bij.

De opzet is goed: in het ‘heden’ maakt de hoofdpersoon een bepaalde ontwikkeling door (zitten op het strand, achter zus aan de zee inlopen, bijna verdrinken en gered worden, naar Lea kijken) die betekenis krijgt door de twee flash-backs. In orde, maar in die flash-backs gebeurt m.i. net te weinig. Van Lea krijgt de lezer een vage indruk (nare puber) en van Sem eigenlijk helemaal geen indruk, omdat zijn observaties worden verhuld achter zinnen als Ze is lelijk van boosheid, bang voor haar, Met een van boosheid vertrokken gezicht, Nog nooit had hij zijn ouders zo ongerust gezien, Hij hoorde de onrust in vaders stem terwijl hij Lea toesprak, Woorden die hij haar nog nooit had horen gebruiken enzovoort. De lezer begrijpt het allemaal wel, en krijgt ook wel een idee waarom Lea de arme Sem zo te grazen neemt in de zee, maar de leeservaring blijft beperkt tot ‘begrijpen’ en voor fictie is dat een beetje schraal. Ook de verwoording van de reactie van de ouders is te vlak om meeslepend te zijn: Verdwijn uit mijn ogen, vader was onvermurwbaar, ongerust, Vader ijsbeerde ... Informatie zonder beleving.

Iets mee-beleven met Sem is moeilijk, afgezien van de sterke slotpassages, want Sem is alleen maar een geval: een treurig slachtoffer van een vals zusje. Hij zou tot een personage kunnen uitgroeien als er in de flash-backs wat meer interactie tussen hem en Lea beschreven was, zodat wij lezers konden ervaren wat Lea voor hem betekende: een indruk van haar gezicht, haar houding, iets in haar gedrag dat hem opviel, iets waar hij bang voor was of waar hij jaloers van werd etc. Geen uitleg van hoe het zat tussen hen – Sandra heeft wel aangevoeld dat haar verhaal het daar zeker niet van moet hebben. Iets meer dialoog, iets meer indrukken van Sem en de verhouding tussen broer en zus krijgt iets persoonlijks, iets wat uitstijgt boven de algemeenheden. Eigenlijk komt mijn kritiek erop neer dat het verhaal te kort is om de inhoud geheel tot zijn recht te laten komen. Net iets te kort – het gaat hier om nuances en dus kan er ook heel verschillend over geoordeeld worden. Onbelangrijk zijn nuances natuurlijk niet; het gaat om de stap van een verhaal dat door iedereen ‘best goed’ genoemd zal worden, en waarmee je bovenaan komt te staan in de Woordenstroomcompetitie, naar een verhaal dat de gevoelige lezer bij de strot grijpt. Dat zat erin, vind ik, en dat is er niet helemaal uitgekomen.

In plaats van met een mooie uitsmijter eindig ik met een schoolmeesterlijke correctie: in de zin Sem kijkt haar verbouwereerd na, want dit was de eerste zin die Lea (...) had moeten de onderstreepte persoonsvormen echt in de tegenwoordige tijd worden gezet.


September 2005, Hans ter Mors

Beoordeling Gered - Sandra Israël door BSN

Homepage  Prozawedstrijd  Prozawedstrijd 2005  Sandra Israël  Beoordeling BSN