Homepage  Poëziewedstrijd  Poëziewedstrijd 2008  Amanda Visch  Beoordeling Lindenbergh

Beoordeling Gedichten - Amanda Visch door Elma Lindenbergh

Van de drie door jou ingezonden gedichten, ‘levenslang’,’goed land leven’ en ’grijs meisje’, steekt het laatste er met kop en schouders bovenuit.

In ‘levenslang’ mis ik het zinsverband.
Het geheel is te cryptisch en roept, ondanks de herkenning van het ontroerende onderwerp, teveel vragen op.
Jammer, want de eerste regel is verrassend en veelbelovend.

‘goed land leven’ ( waarom landleven niet als één woord?) is beheerst en goed doordacht geschreven.
De beelden zijn origineel en soms heel grappig benoemd.
Het woord ‘weids’ in de eerste strofe betekent ‘indrukwekkend’. Bedoel je dat hier ook? Als je ‘ruimte’ aan wilt duiden, moet het ‘wijds’ zijn.
In de derde strofe zou ik ‘een roes dat’ in ‘een roes die’ veranderen. Ook zou ik ‘eigengemaakt’ als één woord schrijven.
Achter ‘de wijn’ in diezelfde strofe hoort het woord ‘die’ i.p.v. ‘dat’( als eerste woord in strofe 4).

‘grijs meisje’ is een juweeltje.
Alleen al de titel, met de mooie alliteratie en de intense tederheid, is een gedichtje op zichzelf.
De opbouw van het geheel is overzichtelijk omdat de handelingen van het ‘grijze meisje’ steeds vooraan in de strofe staan: speelt ze
                           geeft ze
                           kijkt ze ( niet zij, ik zou het conform houden)
                           geeft me
                           antwoordt me ( zet je er even een t achter!)
                           vraagt me
Het gedicht toont een mooie mengeling van speelsheid, beklemming en vooral veel liefde.
Doordat de herinneringen aan de oorlog zo quasi-nonchalant door de regels heen geweven zijn, komen ze des te harder aan, als een schok, een ijskoude mededeling tussen de warme, rustige beelden.
In de derde strofe zou ik de laatste regel in tweeën delen om wat meer duidelijkheid te scheppen en de regelmaat in het gedicht in stand te houden, bijv. ‘het is oorlog
                                                     en ze zwijgt’
De vijfde strofe vind ik verwarrend. Is er een gedachtesprong van de lange haren van de ik-persoon naar het haar van de moeder of wordt ‘het kind’ hier als moeder aangesproken?
Na ‘antwoordt ze’ vind ik het woordje ‘dan’ overbodig en ‘opeens stil’ lijkt me lastig terwijl ze nog aan het antwoorden is. Of is het opeens stil in het kamp?
De zesde en tegelijk laatste strofe sluit het gedicht prachtig af en bevestigt de verlorenheid die gedurende het hele vers zo subtiel is opgebouwd.

Samenvattend wil ik je aanraden vooral door te gaan met schrijven.
Denk goed na bij je zinsopbouw. Poëzie kent meer vrijheden dan proza, maar vraagt toch ook om een logisch verband.
Je hebt duidelijk heel veel te vertellen en je doet dat op een bezielde en vooral tedere manier.
Hou dat zeker vast!



December 2008, Elma Lindenbergh-van Wuijckhuijse

Beoordeling Gedichten - Amanda Visch door Elma Lindenbergh

Homepage  Poëziewedstrijd  Poëziewedstrijd 2008  Amanda Visch  Beoordeling Lindenbergh