Homepage Prozawedstrijd Prozawedstrijd 2010 Sandra Bernart Beoordeling Klappers Parasieten - Sandra Bernart |
|||||||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Zijn knie deed pijn van de houding die hij al een poos had aangenomen. Maar het was nu zaak niet te bewegen, in elk geval geen geluid te maken. Hij had in de verte de voor hem inmiddels vertrouwde klanken al gehoord. Zijn ademhaling zat hoog. Met een beetje geluk zag hij ze vandaag weer. De jariboe, een reuzenooievaar die wel anderhalve meter groot kon worden, was zeldzaam in deze streek. Maar het leek erop dat er zich een koppel genesteld had vlak bij de lodge waar Rens verbleef. Het moet een maand of zes geleden zijn dat hij de vogel voor het eerst vanaf een kleine twintig meter had gezien, deftig lopend op zijn hoge oranje stelten langs de oever van de bruine rivier. Hij pikte af en toe driftig met zijn lange snavel in het water, op zoek naar een lunch. De jacht duurde toen hooguit twee minuten. Het was haast ongelooflijk hoe deze reuzin van het oerwoud daarna, een kikker nog naspartelend in haar bek, met een paar vleugelslagen hoog boven de bomen verdween. Ademloos had hij het tafereel bekeken. Nadien had hij zich bijna dagelijks rond hetzelfde tijdstip tussen een papayaboom en de hangende wortels van een wurgvijg verscholen. Het had misschien wel drie maanden geduurd, maar wat was hij dankbaar voor zijn geduld. Maar liefst twee jariboes leken hem op te wachten. Alsof ze hem wilden belonen voor zijn trouwe komst voerden ze, naar hij later hoorde van Manuel, een paringsritueel uit. Na een gezamenlijke lome tred door de rivier ging één van hen plotseling fier rechtop staan. Het leek even of hij ergens van schrok. Het dier rende vervolgens vlot weg terwijl hij zijn vleugels opende en krachtig liet klapperen. Net zo bruusk als hij rechtop was gaan staan, draaide hij zich weer om en liep haast theatraal weer terug naar zijn soortgenoot. Een ogenblik bleef hij staan vlak voor de ander, met zijn vleugels nog steeds gespreid, waarna ze beiden weer statig door de rivier verder wandelden. Rens moest zich inhouden om niet enthousiast te gaan klappen voor het schouwspel. Dat was niet de laatste keer geweest. Sindsdien zag hij regelmatig één of beide jariboes, die waarschijnlijk ergens verderop aan de overkant van de Tambopata rivier hun nest hadden. Zo nu en dan hoorde hij in de verte hetzelfde luide geklepper dat hij ze eens had horen maken nadat ze opgeschrokken waren van een rustig langsdrijvende kaaiman. Hij moest nu echt een andere houding aan gaan nemen, zijn onderbeen ging tintelen. Heel voorzichtig, niet helemaal geruisloos, schoof hij zijn voet schuin opzij om zijn been te strekken en zijn knie te ontlasten. Nu zijn andere been nog. Op het moment dat hij zijn hand neerzette om steun te vinden, hoorde hij vanaf de rivier luid gelach. Dit jaar had hem veranderd. Het was geleidelijk gegaan. Hij had zijn haren laten groeien, en er prijkte sinds een tijdje een rossige backpackerssik op zijn kin, waarmee hij zijn jongensachtige gezicht verbloemde. Onherkenbaar voor het handjevol vrienden dat hij thuis in Nederland had. Maar met het langer worden van zijn haren, leek ook zijn zelfvertrouwen te zijn gegroeid. Wanneer er geen toeristen waren, maakte hij lange wandelingen. Regenlaarzen en kleding die zijn armen en benen bedekten kleefden dan tegen zijn lijf. Te warm voor het klimaat, maar noodzakelijk tegen de brutale muggen die dikwijls zelfs door zijn kleding heen wisten te prikken. Hij was al aardig immuun geworden voor de jeukende bultjes op zijn lichaam. Die ene bult op zijn onderarm werd tot zijn vreugde steeds groter. Bij wijze van experiment had hij een parasiet die zich in zijn arm had genesteld zijn gang laten gaan. Hij had eens op National Geographic Channel een Argentijn gezien die parasieten eitjes liet leggen onder zijn huid. Bij het uitkomen wisten de parasietenjongen zich vanzelf een weg naar buiten te vreten. Hoewel het beeld hiervan deed denken aan een slechte horrorfilm, was het volgens deze man volstrekt ongevaarlijk. 'Hola!' werd er hard geroepen vanuit de lodge. Met tegenzin verliet hij zijn schuilplaats en sjokte hij langzaam richting het nieuwe gezelschap. Een spontane lach veinzend, riep hij ze toe: 'Hola, bienvenido!' 'Ik zal jullie eerst laten zien waar jullie slapen en waar jullie je spullen kwijt kunnen.' Rens ging de nieuwe gasten voor op het paadje dat naar de slaaphutten leidde. Na een korte uitleg in de hoofdhut over de keuken en het gebruik van kaarslicht liet hij het toilet zien. Achter het provisorisch in elkaar gevlochten scheidingswandje van palmbladeren was een latrine uitgegraven met ernaast een grote ton rivierwater, waar met een ijzerdraadje een plastic beker aan bevestigd was. Aan een uitstekende tak van een boom hing een rol toiletpapier. Een emmer eronder om het gebruikte papier in te gooien. Na verloop van tijd was hij verliefd geworden op de concerten van het woud. 's Nachts speelden de jagende nachtvogels met hun klaaglijk geroep de eerste viool, muzikaal bijgestaan door een koor van duizenden sjirpende insecten. Overdag had het meer weg van een vrolijke operette met het drukke gekwetter van de toekans, en de prachtige rollende druppelklanken van de montezuma vogel. Hij genoot van de geluiden, maar ook van het alleen zijn, van het wachten op de jariboes, het trotseren van de onvoorspelbare gevaren van het regenwoud en van de frisse geur na een regenbui. Hoewel hij een hekel had aan de toeristen die hier zogezegd hun nobele diensten aan kwamen bieden, enkel voor de stoere verhalen die ze thuis konden vertellen, waren zij het ook die hem deden groeien. Hier was hij de held, dit was zijn terrein. Gefascineerd hingen ze aan zijn lippen. Hij had de toeristen nodig om bij te tanken. Zij waren de brandstof voor zijn groei. De bult op zijn arm jeukte. Hij stroopte zijn mouw op om het nieuwe leven in hem te bewonderen. Verbeeldde hij zich dat nou, of zag hij echt wat bewegen? Hij glimlachte bij de gedachte dit straks aan de dames te kunnen laten zien. |
|||||||||||||||||||||||||||||
Parasieten © Sandra Bernart Homepage Prozawedstrijd Prozawedstrijd 2010 Sandra Bernart Beoordeling Klappers |